Als jurist aan de slag in een financiële functie, kan dat wel? Zeker! Coen Bot studeerde fiscaal en financieel recht en werkt nu als beleidscontroller bij het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. ‘Wat je nodig hebt is interesse in maatschappelijke thema’s, analytisch denkvermogen en een goed gevoel voor cijfers.’

Vooroordeel

Coen Bot in het gebouw van LNV
Vooroordeel: 'Als financieel specialist ben je alleen maar bezig met Excelsheets'

Niets met cijfers

‘Financieel specialisten, die hebben toch allemaal economie of accountancy gestudeerd? Je kunt het beeld hebben dat je als financieel specialist alleen maar bezig bent met Excelsheets. Ik heb zelf fiscaal recht gestudeerd, met een master in financieel recht. Tijdens mijn studie heb ik vrijwel niets met cijfers gedaan. Zelfs bij fiscaal recht is er bij wijze van spreken geen rekenmachine of Excelsheet aan te pas gekomen. In mijn laatste studiejaar liep ik stage bij de Nederlandse ambassade in Belgrado, Servië. Zo kwam ik in aanraking met de Rijksoverheid.

Financial Traineeship

Ook kwam ik tijdens mijn master geregeld op inhousedagen van het ministerie van Financiën. Dat leek me een gave plek met jonge mensen. Ik wist dat je daar belangrijk werk deed. Na mijn studie heb ik gesolliciteerd voor het Financial Traineeship. Overheidsfinanciën hebben me altijd al geïnteresseerd. Zo’n vijf jaar geleden startte ik met het traineeship. Een geweldig begin van mijn loopbaan bij het Rijk met een groep jonge mensen die niet alleen hard werkten maar ook in waren voor gezellige activiteiten.’

Realiteit

Coen Bot buiten bij een druk kruispunt in Den Haag
Realiteit: ‘Je hebt vooral een goed gevoel voor cijfers nodig’

Financiële basis

‘Toen ik startte als trainee was ik best onzeker over mijn kennis van de overheidsfinanciën. Het bleek al snel dat ik goed ben met cijfers. Het leuke van het Financial Traineeship is dat je leert ‘on the job’. Je begint met een opleiding aan de Rijksacademie, de vakopleiding openbare financiën voor hogere ambtenaren. Dan leer je onder andere over het begrotingsbeleid, hoe de begrotingscyclus werkt en hoe het zorgstelsel in elkaar zit. Als jurist was het fijn om eerst zo’n financiële basis te leggen, zodat je niet met je oren zit te klapperen als het bijvoorbeeld over de Voorjaarsnota gaat.

Eigen pad

Ik ben er nu van overtuigd dat ook bestuurskundigen, politicologen of juristen zoals ik heel geschikt zijn voor een functie bij een directie Financieel-Economische Zaken van een ministerie. Wat je nodig hebt is interesse in maatschappelijke thema’s, analytisch denkvermogen en een goed gevoel voor cijfers. Ik was zeker niet de enige trainee met een niet-financiële achtergrond. De meeste financial trainees hadden bestuurskunde of politicologie gestudeerd, een paar economie. Leuk is dat je tijdens het traineeship, maar ook in je carrière daarna, je eigen pad kunt volgen. De economen kiezen voor de echt financiële plekken. Anderen gaan naar directies Financieel-Economische Zaken of kiezen voor functies bij beleidsafdelingen. Er is voor ieder wat wils, welke achtergrond je ook hebt.’